Slaapritme baby

Je kan er niet altijd evenveel aan doen of je baby goed slaapt, je kunt wel zorgen dat de voorwaarden optimaal zijn. Naast bijvoorbeeld een rustige omgeving helpt een vast slaapritueel vlak voor je kindje gaat slapen. Een slaapritueel en slaapritme helpen het leven voor je baby voorspelbaar en vertrouwd te maken.

Slaapritme 0 tot 3 maanden

De eerste maanden slaapt je baby 16 tot 17 uur op een dag. De eerste 6 weken slaapt hij niet veel langer dan 3 uur achter elkaar. Ook ’s nachts wordt hij om de paar uur wakker. Er is voor hem dus nog geen verschil tussen dag en nacht. Hierbij volgt hij het patroon eten, slapen, even wakker en weer slapen.

Om je baby aan het dag- en nachtritme te laten wennen is het verstandig om ’s nachts niet teveel geluid en licht te maken. Vanaf ongeveer 6 weken past hij zijn slaapritme aan en gaat hij ’s nachts steeds iets langer slapen.

Slaapritme 4 tot 6 maanden

Vanaf de 4e maand hebben de meeste baby’s al een redelijk dag- en nachtritme. Dit heeft er vooral mee te maken dat hij steeds minder nachtvoeding nodig heeft. Gemiddeld slaapt een baby dan 14 tot 15 uur per dag. In deze maanden zijn baby’s in staat gedurende de nacht 8 uur of langer achter elkaar door te slapen. Overdag slaapt je kindje nog steeds 3 tot 4 keer.

In deze periode gaat je baby ook dieper slapen. Hierdoor schrikt hij niet zo snel meer wakker. Vanaf nu kan het goed zijn om voor het slapen gaan een vast slaapritueel te volgen. Denk hierbij aan een het voorlezen van een vast versje of boekje voor hij gaat slapen. Hierdoor wordt je kind rustig en weet hij wat er gaat gebeuren.

Slaapritme 7 tot 9 maanden

Gemiddeld slapen baby’s in deze maanden ongeveer 14 uur per dag. Een goede slaper kan in de nacht al 9 uur of langer achter elkaar slapen. Er zijn echter ook genoeg baby’s die minder goed slapen en maximaal 5 of 6 uur achter elkaar slapen.

Overdag doen de meeste baby’s nog twee tot drie dutjes. Zeker als dit kortere dutjes zijn, kunnen dit er ook meer zijn. Je zal merken dat hij iedere dag ongeveer op hetzelfde tijdstip toe is aan zijn dutjes. De tijdstippen verschillen per kind en liggen ook aan jouw ritme.

In deze maanden leert je baby veel nieuwe dingen. Zo gaat hij zitten, omrollen, kruipen en ontdekt de wereld om zich heen. Hierdoor moet je kleine veel verwerken en kan hij soms (tijdelijk) wat moeilijker slapen. Hij kan in deze periode ook meer gaan dromen, waardoor hij soms huilend wakker wordt en onrustiger slaapt.

Slaapritme 10 maanden tot een jaar

Rond de 10 maanden slapen baby’s nog gemiddeld 14 uur per dag. Een goede slaper kan in de nacht ongeveer 10 uur aaneengesloten slapen. Overdag heeft hij nog ongeveer twee slaapjes nodig van 1 tot 2 uur. Als je baby ongeveer een jaar is heeft hij overdag alleen nog een middagslaapje nodig van 1,5 tot 2 uur.

De ontwikkeling van je baby blijft in deze maanden snel gaan. Hij kan steeds beter kruipen, leert zich optrekken en zelfs al een beetje lopen. Hierdoor kan hij te opgewonden zijn om te slapen of wil hij dit gelijk weer oefenen als hij wakker wordt.

Vanaf ongeveer 8 maanden kan je baby last krijgen van verlatingsangst. Dit kan voor slaapproblemen zorgen. Als hij ’s nachts helemaal alleen wakker wordt in zijn kamer, kan hij behoorlijk overstuur zijn. Ook als je hem in zijn bed legt en vervolgens alleen laat, kan dit voor problemen zorgen. Een vast slaapritueel kan de problemen van verlatingsangst verminderen.